Oudere pikt eerste muzieklessen snel op

Datum: 29/11/2011

„Wie speelt nu de melodie met de linkerhand?” sputtert Albertien van Dijk (60) quasi-verontwaardigd achter de klavieren. „Vanaf nu moet jij dat wel doen. Daarom heb ik deze wals ook uitgekozen”, antwoordt orgeldocent Jochem Schuurman (22) rustig.

 

Het decor is de evangelisch-lutherse schuilkerk in de stad Groningen, het instrument het monumentale Van Oeckelenorgel uit 1896. Van Dijk en Schuurman doen mee aan een experiment van het Prins Claus Conservatorium in Groningen. Doel is om erachter te komen hoe senioren die een bepaald instrument nooit hebben bespeeld het beste les kunnen krijgen.

Muziek kan belangrijk zijn voor ouderen, stellen de onderzoekers Evert Bisschop Boele en Karolien Dons van het Groningse conservatorium. Het bespelen van een instrument is goed voor het fris houden van geest en lichaam van senioren, aldus Bisschop Boele. „Noten omzetten in muziek is een nogal complex proces. Ook fysiek vergt het heel wat om een instrument te bespelen.”

 

Voor sommige ouderen vormt het beoefenen van muziek een langgekoesterde wens die door de aandacht voor de loopbaan of de opvoeding van kinderen niet is gerealiseerd. Bisschop Boele: „Sommigen willen hun repertoire uitbreiden of hun techniek verbeteren. Anderen gaan op groepsles om niet te vereenzamen. Een niet onbelangrijk aspect is dat ouderen dagstructuur krijgen door dagelijks regelmatig hun muzieklessen te oefenen. En last but not least ontlenen ze er plezier aan.”

 

Het conservatorium boort met de ouderen wellicht een voor muziekdocenten nieuwe doelgroep aan, stelt Dons. „Dat zou hun werkveld aanzienlijk verbreden.”

 

De proef geldt voor acht instrumenten. Naast kerkorgel zijn dat basgitaar, klassieke gitaar, eufonium, klarinet, viool, de jazz- en de klassieke saxofoon. Afgestudeerde conservatoriumstudenten geven de lessen.

 

Voor Albertien van Dijk zijn muzieknoten niet nieuw. „Mijn leven lang heb ik gezongen en dwarsfluit gespeeld. Ik vond het een buitenkans om op een echt kerkorgel les te krijgen”, zegt ze na afloop van het halfuurtje les. „Wij zijn proefkonijn. Reken maar dat wij ouderen anders les krijgen dan kinderen.”

 

Inmiddels is Jan Stoffers (76) achter het klavier gekropen. „Thuis ging het wel goed”, zegt hij onzeker. „Je houdt je vingers goed, je speelt goed, dat is allemaal positief”, complimenteert Schuurman.

 

„Ik kom uit een muzikale familie. Mijn vader heeft het conservatorium afgerond, maar ik speelde liever buiten”, zegt Stoffers na de les. Hij werd schilder, maar schafte wel een keyboard aan. „Ik heb mezelf een foute vingerzetting aangeleerd; die moet ik nu weer afleren.”

 

Schuurman rolt de draden van zijn videoapparaat op. „Ik selecteer opvallende fragmentjes voor het onderzoek.” Hij heeft al één resultaat te pakken: „Ouderen leren veel sneller dan kinderen. Ze zijn ook heel geïnteresseerd. En ik probeer met het bereiken van deze doelgroep mijn graantje mee te pikken.”

 

Bron: Reformatorisch Dagblad